De Helena's - Dans & Showorkest

LATEST NEWS

PAS OP!!!!

Een vrouw is eieren aan het bakken als haar man thuis komt. Hij wandelt de keuken in en begint onmiddellijk te roepen :

PASOP ! PASOP ! MEER BOTER!

DRAAI ZE OM ! DRAAI ZE OM!

BOTER , MEER BOTER, ZIE JE DAT NIET?

ZE GAAN AANBRANDEN ! PAS TOCH OP!

DRAAI ZE, DRAAI ZE !

SCHIET OP, HAAST JE, DRAAI ZE NU OM! NU!

PAS OP, TE VEEL BOTER, HET GAAT SPATTEN !

PAS OP! JE GAAT JE VERBRANDEN!

HOLA, HOLA, TE VEEL BOTER!

EN TE WEINIG ZOUT,

TE WEINIG ZOUT!………….

De vrouw is compleet uit haar lood geslagen en gilt: “Waarom schreeuw jij zo ? Wat is er met jou aan de hand ? ”

De man draait zich om en zegt heel kalm terwijl hij de keuken verlaat: “Gewoon, om je duidelijk te maken hoe het aanvoelt als jij naast me zit als ik met de auto aan het rijden ben”.

De Hoed

Een man zoekt al dagen naar z’n hoed. Uiteindelijk is die niet te vinden. Hij beslist dan maar om zondags naar de kerk te gaan en achteraan plaats te nemen. Tijdens de dienst zou hij dan er vanonder muizen en een van de hoeden nemen die achteraan worden geplaatst. Die zondag gaat hij naar de kerk en zet zich achteraan. De dienst ging over de 10 geboden. De man bleef de gehele dienst zitten i.p.v. vroeger door te gaan en na de dienst gaat hij nog even bij mijnheer pastoor. ‘Vader,’ zegt hij, ‘ik moet wat bekennen. Ik kwam hier vandaag om een hoed te stelen, maar na jouw preek heb ik beslist dit niet meer te doen, waarvoor dank.’ De priester zei hem: ‘God zegene u mijn zoon! Was het tijdens m’n uiteenzetting over: ‘gij zult niet stelen’, dat je het besef kreeg dat je verkeerd zat?’

‘Neen,’ zegt de man, ‘het was tijdens je preek over overspel. Toen je daarover begon,  wist ik weer waar ik hem had gelaten.’

Ruzie

Een getrouwd koppel rijdt met de auto en zeggen al enkele kilometers niets meer tegen elkaar. Ze hebben net een flinke ruzie gehad, waarbij geen van beiden zijn positie wil prijsgeven. Plots, na lang stilzwijgen komen ze voorbij een boerderijtje, waar een aantal ezels, geiten en varkens staan. Waarop de vrouw tegen haar echtgenoot zegt: “Familie van jou zeker?”

“Yep…,” zegt de man terug, “aangetrouwd”.

 

Wat een schijterd

Een vrachtwagen chauffeur parkeert zijn wagen bij een wegrestaurant, loopt naar binnen en bestelt een maaltijd.

Als hij met zijn bord eten aan een tafeltje gaat zitten, komen er drie Hells Angels binnen. Ze schuiven aan bij de vrachtwagen chauffeur en beginnen hem te treiteren. Een van hen pikt frites van zijn bord, een ander neemt een hap van zijn hamburger en de derde drinkt zijn koffie op. De chauffeur reageert niet. Hij betaalt, staat op en loopt weg.

“Wat een schijterd”, zegt een van de Hells Angels tegen de serveerster.

“Ja”, zegt zij. “En rijden kan hij ook al niet. Hij rijdt net over drie motoren heen.”

Gedronken?

Een agent stopt een auto, loopt naar het raam en vraagt ​​de man: “Gedronken?”

De man antwoordt heel stil en met een duidelijk Engels accent: “Natuurlijk! Vanmorgen is mijn dochter getrouwd en aangezien ik niet van religieuze ceremonies houd, ben ik een paar biertjes gaan drinken. Toen dronk ik tijdens het buffet twee flessen uitstekende Italiaanse wijn. En tot slot, om het in stijl te vieren, dronk ik met de schoonvader van mijn dochter twee flessen whisky van 20 jaar oud “. De agent, zichtbaar geïrriteerd, vertelt hem: ‘Begrijp je dat ik een politieagent ben en dat ik je heb tegengehouden om de alcoholtest te doen?’

En de Engelsman, altijd heel kalm:

‘Ja, alles is mij duidelijk. En u begrijpt dat deze auto Engels is en dat mijn vrouw aan de andere kant achter het stuur zit?’

Wijn flessen

Een man van de plaatselijke carnavals vereniging belt aan en een mevrouw komt open doen. Goede middag mevrouw, wij zamelen lege wijnflessen in voor een kunstproject, hebt u er een paar voor ons? Mevrouw wordt een beetje geïrriteerd en zegt, onnozel mannetje zie ik er uit alsof ik wijn drink?

Antwoord de man, maar mevrouw toch …. Azijnflessen mag ook hoor!!

Getuige voor de rechtbank

In een rechtbank in een kleine provinciestad had de openbare klager een oude dame als getuige opgeroepen. Hij vraagt haar: “Mevrouw Heinrich, kent u mij?”

Ze antwoordt: “Uiteraard! Ik ken u al van kleins af aan. En eerlijk gezegd, was u toen al een totale ramp. U hebt gelogen, mensen gemanipuleerd en uw vrouw bedrogen. U denkt dat u heel wat bent, maar eigenlijk bent u een complete nul. Ja, ik ken u.”

De aanklager is sprakeloos. Uit verlegenheid wijst hij met de vinger door de zaal en vraagt: “Mevrouw Heinrich, kent u de advocaat van de verdediging?”

Ze zegt: “Maar natuurlijk. Ik ken Meester Friedmeier al van toen hij nog een peuter was. Hij is vals, vooringenomen en heeft een alcoholprobleem. Hij kan geen normale relatie met mensen opbouwen en zijn kantoor ruikt muf. Niet te vergeten dat hij zijn vrouw driemaal bedrogen heeft. Een daarvan was overigens uw vrouw. Oh ja, ook hem ken ik.”

De advocaat van de verdediging zakt in de grond van schaamte. De rechter roept beide heren bij zich en fluistert: “Als iemand van jullie idioten op het idee komt om te vragen of ze mij kent, kom  je hier 10 jaar niet meer binnen!

God allemachtig

Drie vrienden zitten op de scheppen. Zegt de eerste: “Mijn oom is pater en als hij over straat loopt zegt iedereen tegen hem: Eerwaarde. Zegt de tweede: “Mijn oom is kardinaal en als hij over straat loopt zegt iedereen tegen hem: Eminentie”. Zegt de derde: “Ach dat is toch niks. Mijn oom weegt 225 kilo een als hij over straat loopt zegt iedereen tegen hem : GODALLEMACHTIG!”.

Dom Blondje

Een dom blondje komt bij een inlichtingenloket van een groot warenhuis en vraagt: “Kan ik hier een reis boeken?”. “Natuurlijk” zegt de medewerker “ons reisbureau is op de vierde verdieping. Wil je met de lift?”. Daarop antwoord het meisje: “Nee, met het vliegtuig!”.

Vakantie bespreken

Vandaag naar de belastingdienst geweest.

Bij de balie gevraagd of ik een medewerker kon spreken.

Toen ik later in een kamer met de medewerker zat, vroeg hij mij waar hij mee van dienst kon zijn.

Ik: “Ik wou graag mijn vakantie bespreken.”

Medewerker: “Vakantie bespreken?? Maar daarvoor moet u zijn bij degene waarvoor u werkt.”

Ik: “Nou, dat zijn jullie toch?”